woensdag 12 juli 2017

23 aug Estes Park - Kremmling

Op sommige dagen doe je wat meer, op andere dagen wat minder. Vandaag doen we wat meer. Vijf meren om precies te zijn: Nymph Lake, Dream Lake, Emerald Lake, Bear Lake en Lake Haiyaha. Maar alvorens we dat doen, gaan de dochters eerst paardrijden. Althans dat was de bedoeling.

Om half tien melden we ons weer bij dezelfde manage in het Rocky Mountain NP waar we gisteren ook al waren. Deze keer is de eigenaar wel aanwezig. Op onze vraag naar de mogelijkheid om te paardrijden, zegt hij echter tot onze verrassing dat er vandaag geen plaats is. Hij zit helemaal vol, we hadden moeten reserveren. “Maar het meisje dat ons gisteren te woord stond, zei dat er vandaag plaats genoeg was en dat het reserveren niet nodig was” sputteren wij tegen. “Dat had ze dan niet moeten zeggen.” Hij ging over de reserveringen en er was geen plek. De scholen waren weer begonnen en hij had nu nog maar twee man personeel, waarvan dus één meisje dat duidelijk niet goed geïnformeerd was. Nou, daar zijn we mooi klaar mee. Hij belt nog even naar een andere manage, maar die hebben alleen ’s middags nog tijd. Dat komt ons niet uit. Tot zover het paardrijden.

We rijden vervolgens naar de Park & Ride in het Bear Lake gedeelte van het park, parkeren daar de auto en nemen vanaf daar de gratis shuttlebus naar Bear Lake. Daar hebben we een wandeling gepland naar Nymph Lake, Dream Lake en Emerald Lake. Ze liggen op een ‘rijtje’ en bij elkaar is dat een one-way afstand van 1,8 mijl, wel heuvelopwaarts.



 Het is een mooie wandeling en de drie bergmeren kunnen ons wel bekoren.

Nymph Lake

Na het Nymph Lake vervolgen we onze weg naar het Dream Lake. De namen zijn in ieder geval fantasierijk.
Op weg naar Dream Lake


Dream Lake
Deze visser droomde van een grote vangst
Het volgende meer dat op het programma staat is Emerald Lake, of te wel het Smarargd Meer.

op weg naar Emerald Lake

Emerald Lake
Je moet wel een behoorlijke fantasie hebben om hierin een smaragd te zien.
We keren om en lopen weer omlaag. Als we weer terug zijn bij het tweede meer, Dream Lake, blijken de dochters en Marianne nog energie te hebben om vanaf daar ook nog naar Lake Haiyaha te lopen. Dat is een extra 1,2 mijl heuvelopwaarts (en weer terug). Ik ken mijn krachten - dat zijn er niet zo veel; dus makkelijk te kennen – en stel voor dat ik alvast naar beneden naar de trailhead bij Bear Lake loop en daar op hun zal wachten.

het scheidingspunt; of nog 1,2 mijl extra naar Lake Haiyahal (en weer terug) of  direct terug naar Bear Lake.
Bij de Bear Lake trailhead zijn een paar voorzieningen: een toiletgebouwtje, een rangerhokje waar je onder ander trailmix kan kopen en uiteraard de bushalte van de shuttlebus. Ook loopt er een ranger rond, in dit geval een knappe blonde jonge dame, en enkele vrijwilligers die de toeristen voorzien van informatie en gratis trailkaarten. Ik schat de jongste van deze vrijwilligers op zo'n 70 jaar oud en de rest lijkt nog veel ouder. Ik installeer mij op één van de bankjes en kijk hoe het systeem van de shuttlebussen in de praktijk werkt. Die blijken zeer regelmatig te rijden – zo ongeveer om de vijf à tien minuten – en op dit tijdstip van de dag (1 uur) hoeft niemand te wachten en kan iedereen steeds met de eerste beste bus mee. Als ik zo’n vijf bussen heb laten gaan, komt één van de vrijwilligers naar me toe. Of ik soms op een bus zit te wachten? Ik krijg het vermoeden dat hij denkt dat ik geen bus herken als die voor me staat en daarom niet instap. Ik leg hem uit dat ik wacht op mijn familie.

Dit is dus een bus
Als ik weer uitgerust ben – een sportman herstelt snel van zijn vermoeienissen – loop ik een rondje om het Bear Lake heen. Dat klinkt wat sportiever dan het in werkelijkheid is; je doet dat in een kwartiertje.

Bear Lake


Teruggekomen besluit ik om het er te van nemen. Op één van de lege bankjes leg ik mijn rugzak als hoofdsteun neer en ga dan languit op de bank liggen. Een welverdiende rust na mijn zware inspanningen van de wandeling rondom Bear Lake. Ik heb nog maar net mijn ogen dicht gedaan of ik hoor de stem van de ranger. Of alles goed gaat vraagt ze. Nu doe ik iets stoms. Ik open mij ogen, ga overeind zitten en zeg: “Thanks, I am fine, I’m just wating for my family.” Stom, stom, stom, ik had natuurlijk doodstil met mijn ogen dicht moeten blijven liggen. Had ik vast mond-op-mond beademing gekregen. Kans gemist.

Na lang wachten – ik had wel tien keer om Bear Lake kunnen lopen - komen de dochters en Marianne terug. Niet lopend vanaf de heuvel maar met een shuttlebus. Ze waren na Lake Haiyaha nog verder gelopen naar de Alberta Falls en vanaf daar omlaag naar de shuttlebusstop bij de Glacier Gorge Trailhead gelopen. “Papa wacht wel” hadden de dochters gezegd. Alsof ik de keus had; de oudste dochter had de autosleutels bij zich. Het is fraai. Hierbij het fotoverslag van hun tocht. Ik heb het dus alleen maar van horen zeggen.

Op weg naar Lake Haiyaha

 

Een blik omlaag naar de lager gelegen meren

Het blijft klimmen
En dan is daar opeens Lake Haiyaha

Lake Haiyaha 


Na Lake Haiyaha staan de Alberta Falls op het programma. De dames moeten onderweg wel een paar keer de weg vragen omdat vader zo slim was om het routekaartje mee omlaag te nemen. Gelukkig staan er ook de nodige bordjes.

Alberta Falls
De Alberta Falls stellen niet zo veel voor.
En dit is vermoedelijk Little Alberta Falls
Daarna is het richting de Glacier Gorge trailhead waar een shuttlebus stopt.

Je kan hier werkelijk alle kanten op
Onderweg zaten de dames tijdens hun wandeling nog allerlei dieren. Behalve een hert wat ze niet fatsoenlijk op de foto konden krijgen ook deze verzameling wildlife:

wildlife

meer wildlife

En ook deze slang. Gelukkig zat daar geen enkele beweging in.
Als we weer verenigd zijn, rijden we via de Trail Ridge Road naar het westen van het park. Onderweg begint het te regenen. Dat zegt in het Rocky Mountain NP niet zo veel; de weersomstandigheden veranderen er constant. Ook nu breekt de zon al snel weer door en er verschijnt een regenboog. Bij een uitzichtpunt stoppen massaal auto’s om deze regenboog te fotograferen. Wij uiteraard ook, alsof we nog nooit eerder een regenboog hebben gezien.



Na het aanschouwen van dit natuurwonder – de zonsverduistering is er niks bij - rijden we verder. Nabij het hoogste punt van deze weg, gelegen op 3713 meter hoogte, stoppen we nog even bij een uitzichtpunt. Ik merk dat de lucht op deze hoogte best ijl is.





We kijken er wat rond en maken uiteraard de nodige foto's.
Er lopen ook wat stoere bikers rond (met hun hemd uit de broek).
Daarna rijden we het park uit. Oorspronkelijk hadden we gepland om in het westelijk deel van het park ook nog de Colorado River Trail te lopen. Deze trail loopt naar de “bron” van de Colorado. Het is echter een trail van een paar uur lopen en daar is het nu te laat voor. We rijden daarom door naar de Coyote Valley Trailhead. Daar begint een korte wandeling waar je ook een nog prille Colorado kan zien. Ook kan je hier tegen de avond vaak elanden zien (en gezien de naam van de vallei ook coyotes gok ik).



Wonderlijk hoe dit watertje verderop uit groeit tot de “mighty” Colorado. De elanden en de coyotes laten zich helaas niet zien. Daarna rijden we door naar Kremmling. De zon en de regen wisselen elkaar regelmatig af, waardoor er de hele tijd allerlei regenbogen te zien zijn.


We overnachten in de Allington Inn & Suites, een prima motel in een dorpje van niks.

Route:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten